Pervaiz uit werd in augustus 2015, samen met zes anderen ingehuurd als arbeider door zakenman Haji Jamshed. Ze moesten zeven vrachtwagens laden met zand. Elk zou 2500 Pakistaanse roepies krijgen, omgerekend zo’n 22 euro. Toen de mannen even pauze hielden, beluisterde een van hen herhaaldelijk een islamitische preek op zijn telefoon. Pervaiz stelde daarop voor om weer aan het werk te gaan.
Een van Pervaiz' collega's luisterde herhaaldelijk naar een islamitische preek op zijn telefoon
“Toen we de zevende vrachtwagen met zand hadden geladen, gaf de opzichter, Muhammad Ejaz Sheikh ons 1500 roepies (zo’n 13 euro)”, vertelt Pervaiz op een geheime locatie. “Ik vroeg de opzichter of dit was waarvoor we ons in het zweet hadden gewerkt en zei dat hij ons moest geven wat we hadden afgesproken. Hij zei dat ik me stil moest houden en dat ik later het hele bedrag zou krijgen, maar ik zei dat we allemaal het volledige loon moesten krijgen. Mijn vasthoudendheid irriteerde Ejaz erg. Toen we later terugkeerden naar ons dorp, ging het nieuws rond dat ik me tegen de islam heb uitgesproken, iets wat onwaar is. Vier mannen met wie ik had samengewerkt, verzekerden iedereen ervan dat ik niks slechts over de islam heb gezegd.”
Opgerakeld
De rust keerde weer in het dorp. Pervaiz vertrok naar zijn schoonouders om daar in de buurt te werken. Zijn zwager Shamoun vertelt: “Lange tijd was er niks aan de hand in het dorp van Pervaiz. De meeste dorpelingen geloofden niet dat hij blasfemie had gepleegd, maar het incident werd weer opgerakeld door een winkelier.”
Deze Muhammad Sajid wilde een winkelruimte huren van christenen. De meeste christenen in Pakistan bezitten huizen aan de rand van het dorp, omdat ze tot een lagere sociale klasse behoren. Doordat dorpen groeien en nieuwe wegen worden aangelegd, stijgen de prijzen de voorheen onbelangrijke locaties. Ze liggen nu centraal aan nieuwe wegen. De christelijke gemeenschap van het dorp Garhaywala waar Pervaiz woont, bezit zo’n twintig huizen aan een nieuwe weg. Muhammad Sajid had de christenen eerder verzocht om een winkelruimte aan hem te verhuren, maar dat hadden ze geweigerd.
Woedende mannen
Sajid kwam twee weken na de onenigheid over Parvaiz’ loon met zo’n tweehonderd woedende mannen naar het huis van Pervaiz. Ze braken de poort over en eisten de uitlevering van Pervaiz, zodat hij opgehangen kon worden. Pervaiz was niet aanwezig. “Ik was dagen daarvoor naar mijn schoonouders gegaan om te werken en ik wist niet wat zich in het dorp afspeelde.”
Hij vertelt dat twee moedige moslims voorkwamen dat de christenen werden aangevallen. “Twee dorpsgenoten, de moslims Chaudhdry Majeed Kamboh en Sardar Intizar Dogar, zeiden tegen de groep dat ze de christenen alleen kon benaderen of iets aandoen als ze de twee moslims zouden doden. Niemand waagde het een vinger naar de christenen uit te steken.”
"Het lijkt onwaarschijnlijk dat Anmol kon verdrinken in zo’n klein laagje water maar we hebben geen bewijs dat ze opzettelijk is gedood.”
De politie arresteerde Pervaiz’ vrouw Zareena en zijn zwager Shamoun. “Ze werden afschuwelijk gemarteld om informatie te verkrijgen over mijn verblijfplaats. Ze hebben de ruggengraat van Zareena zwaar beschadigd. Een paar uur later viel de politie de steenfabriek binnen waar ik werkte.” Pervaiz werd gevangengezet. Zareena raakte door de martelingen verlamd en is bedlegerig.
Door de mishandeling werd de ruggengraat van Zareena zwaar beschadigd
Dochter verdronken
Pervaiz werd aangeklaagd voor blasfemie. Hij kwam in oktober 2015, na twintig dagen in de cel te hebben gezeten, op borgtocht vrij en hervatte zijn werk in de steenfabriek waar hij was gearresteerd. Bij de fabriek is een is een kleine wateropslagplaats. Het water is er niet meer dan vijfentwintig centimeter diep. Daar verloor het zwaar geteisterde echtpaar hun driejarige dochter.
“Mijn vrouw is niet meer in staat om voor onze kinderen te zorgen. Op die verschrikkelijke dag lag zij in bed en ik was naar mijn werk gegaan. We weten niet wanneer onze dochter Anmol van drieëneenhalf naar buiten is gegaan en naar het water liep. Toen een arbeider zijn handen wilde wassen in het water, vond hij Anmol. Het lijkt onwaarschijnlijk dat Anmol kon verdrinken in zo’n klein laagje water maar we hebben geen bewijs dat ze opzettelijk is gedood.”
Wekelijks verhoord
Vorige maand werd Parvaiz na een rechtszaak die drie jaar duurde en waarvoor hij wekelijks werd verhoord, vrijgesproken door een lagere rechtbank, vanwege gebrek aan bewijs. Parvaiz is de eerste christen die op deze manier vrijkwam. Het is zeer ongebruikelijk dat een lagere rechtbank van blasfemie beschuldigde christenen vrijspreekt. Meestal worden deze beslissingen doorgeschoven naar een hogere rechtbank, zoals de zaak-Asia Bibi.
Ze hebben me kwaad gedaan. Maar ik blijf standvastig in Jezus
Vertrouwen
Ondanks de vrijspraak is het gezin vol angst en wanhoop. De gebeurtenissen hebben het gezin naar de rand van de afgrond gebracht. Sinds de beschuldiging zijn ze hun dorp ontvlucht. Ondanks de vrijspraak wordt Parvaiz nog steeds gezien als godslasteraar. Terugkeren naar hun dorp is niet mogelijk vanwege de dreiging van moslimextremisten.
“Zareena is bedlegerig en ik heb geen geld om naar een dokter te laten gaan. Ik heb al een enorme schuld en ik heb geen idee hoe ik haar behandeling zou moeten betalen”, zegt Parvaiz. Toch blijft hij op God vertrouwen. “Ze hebben me kwaad gedaan. Maar ik blijf standvastig in Jezus, ondanks alle moeilijkheden.”
Wilt u bidden voor Parvaiz, Zareena en hun kinderen?
Bron: World Watch monitor